Kooyman, Mil (1949-2020)

Mil Kooyman was in de jaren 1980 mijn compagnon bij het ‘kleurenwiezen’,  een enkele keer zelfs in het Spaans met een gelegenheidsgezelschap. Mil hield erg van de Spaanse en Latijns-Amerikaanse cultuur en van kaarten. Hij kaartte zolang zijn ziekte het hem toeliet, met veel enthousiasme, zoals bij alles wat hij deed. Links, sociaal geëngageerd en met een groot hart voor onderwijs en cultuur, zette hij zich in voor zijn medemens en voor een betere wereld.

Ninove

Jeugdjaren spelen vaak een beslissende rol in een mensenleven. De kiemen voor Mil’s grote betrokkenheid bij de strijd tegen sociaal onrecht en vóór onderwijs vinden ongetwijfeld hun oorsprong in zijn jeugd. Mil is de oudste van drie kinderen. Hij groeit op in de Oost-Vlaamse provinciestad Ninove in een hecht maar een minder begoed nest. Mil krijgt op zijn tiende een grote verantwoordelijkheid wanneer zijn vader plots overlijdt en moeder alleen verder moet met een groot verdriet en een weduwenpensioen. Ze klust wat bij als kapster en grimeuse en pikt een graantje mee van het karnavalsgebeuren, dat in navolging van het nabijgelegen Aalst, ook in Ninove vanaf 1960 een bloeiende start neemt. Het gezin heeft het niet breed. Vakantie of andere extra’s zitten er niet in en verder studeren is een non-issue. Mil slaagt erin ’t College (Sint-Aloysius Ninove) af te werken in 1968 en is voorbestemd voor een carrière als bankbediende. Wanneer begin dat jaar de studentenprotesten voor ‘Leuven Vlaams’ ook navolging in Ninove kennen, zit Mil in zijn laatste humaniorajaar, wat hem niet belet enthousiast mee op te stappen. Hij is in de kop van de betogingen te vinden, die al snel de slogan in ‘Werk in eigen streek’ adopteren. Mil is geen doorsnee jongen en zijn non-conformisme botst regelmatig met de verwachtingen thuis. Hij is actief in de plaatselijke jeugdclub en het toneel, maar wil andere horizonten verkennen. Hij is vastbesloten universiteit te doen.

Rijksuniversiteit Gent

Midden de jaren ’50 komt door het gevoelig uitbreiden van het beurzensysteem, de democratisering van het hoger onderwijs goed op gang  en is het niet meer uitzonderlijk om vanuit een minder bedeeld sociaal milieu universitaire studies aan te vatten. In de praktijk is het echter vaak opboksen tegen ‘voorbestemdheid’ en ‘vooroordelen’. Voor Mil betekent het ook vakantiejobs en bijklussen om het rondgefietst te krijgen. Hij start in september 1968 met rechtenstudies. Net zoals in Leuven rommelt het ook in Gent in die jaren. Studenten eisen meer interne en externe democratisering. De bom barst op 13 maart 1969 naar aanleiding van een verbod van rector Bouckaert om illustraties te vertonen op een lezing over ‘Pornografie, zin en onzin’. Na het hardhandig optreden van de ordediensten wordt de Blandijn gedurende een week door de studenten bezet. 
In de nasleep van die maartbeweging worden aan verschillende faculteiten werkgroepen opgericht, die vanuit een linkse maatschappijkritiek opereren. En zo vergaderen in de loop van het academiejaar 1971-1972 een dertigtal rechtsstudenten in de Paddenstoel, het eerste vegetarisch restaurant in Gent, en stichten er socio-juridische werkgroep, beter gekend als Sojuwe. De meesten zijn kandidatuurstudenten en Mil Kooyman die dan in de tweede licentie zit, is zowat de mentor.  Sojuwe kijkt verder dan de muren van de universiteit en verder dan het maatschappelijk debat: men wil iets concreet betekenen voor de maatschappij.

De Wetswinkel

Mil krijgt de kans om met enkele medestudenten gedurende een aantal dagen de werking van de pas opgerichte Wetswinkel in Leiden te gaan bekijken. Ze komen terug in de vaste overtuiging dat dit ook in Gent een haalbare kaart is. Lang laat het initiatief niet op zich wachten. De studenten huren op eigen kosten een bel-etage tegenover het OCMW in Onderbergen en beginnen vanaf 1 maart 1972 met gratis juridisch advies voor de ‘gewone man’: de eerste Belgische wetswinkel, met supervisie door één Gentse hoogleraar in de Rechten, Wilfried Roels, een paar assistenten en enkel advocaten die de zaak genegen zijn. De conservatieve Orde van Advocaten verbiedt prompt zijn leden aan de balie om aan dit initiatief medewerking te verlenen. 
Als Mil Kooyman in 1973 aan de Gentse balie gaat, lapt hij dit verbod aan zijn laars en blijft de Wetswinkel met raad en daad steunen. Hij wordt opgenomen in het gerenommeerde kantoor van professor Willy Delva, Karel Moors en Fons Heyvaert, een samenwerking die het jaar daarop eindigt als hij met Paul Teerlinck, Filip Van Hende  en Jean-Pierre Diependaele het Gents Advokatenkollektief opricht. Ze betrekken een aftands huurhuis in de Baliestraat. De strijd voor een toegankelijke rechtsgang voor zij die niet kapitaalkrachtig zijn wordt hier voortgezet. Het zijn fijne jaren waar collega’s vrienden zijn en waar werk en gezin door elkaar lopen, maar het is materieel niet vol te houden. Mil woont dan samen met logopediste Lieve Parmentier die hij kent sinds zijn studententijd. Wanneer in 1977 hun dochter Sara geboren wordt, moet er brood op de plank komen. Mil start een loopbaan bij het ABVV, eerst als directeur van het syndicaal vormingsinstituut, later van 1992 tot 2007 als gewestelijk secretaris ABVV Scheldeland. Hij is een voortrekker van de noodzakelijke modernisering van de vakbond, met een open blik naar de wereld en een brede dienstverlening, waar ook kwetsbare leden de nodige aandacht krijgen.

Cultuur

Als kind gaat Mil vaak mee met moeder naar de kleedkamer van een Ninoofs amateurgezelschap, waar zij als schminkster werkt. Nadien kunnen ze  gratis naar de voorstelling. Mil leert er van kunst te genieten.
Maar voor Mil is cultuur meer dan ontspanning en vermaak. Cultuur moet ontvoogdend, maatschappijkritisch en verbindend zijn. Na een doortocht als acteur in het plaatselijk toneel, is Mil actief in het vormingstheater en speelt ondermeer bij Toneelboetiek, in 1971 opgericht door Freek Neirynck. Later staat hij vaak op de planken met het sociaal geëngageerd Multatulitheater. Niet enkel op de bühne maar ook achter de schermen zet Mil zich in voor de sector. Zo is hij een echte mentor voor het figurentheater Ultima Thule dat met Wim De Wulf als artistiek leider (2001-2016) de 'grote verhalen van de kleine mens' brengt. In 2013 wordt hij de nieuwe voorzitter van het innovatieve muziektheater Lod, waar hij voorheen reeds in het bestuur zat. 
Mil zit nooit stil. In het decembernummer van Sampol (samenleving & politiek), een half jaar vóór zijn overlijden, krijgt hij het laatste woord en daarin hekelt hij het cultuurbeleid van Jan Jambon. Hij schrijft:  “Cultuur zorgt voor een kritische dialoog en verbindt. Het gevaar is groot dat deze maatschappelijke functie verzwakt”. Hij eindigt zijn bijdrage met “Cultuursector let op uw ganzen!”

Onderwijs

Als je Mil Kooyman en ‘onderwijs’ zegt, denk je meteen aan het Beroepenhuis, één van zijn geesteskinderen. Met het ABVV is Mil een pionierspartner in het project Gent, stad in werking (Gsiw), gegroeid uit een strategisch werkgelegenheidsplan dat in 1989 van start gaat en waar oud-strijdmakker Paul Teerlinck  een coördinerende rol speelt. Het orgelpunt van het project is de eerste lokale tewerkstellingconferentie in 1999 waar onder impuls van Mil de actiegroep Beroepenhuis gevormd wordt. Het doel is om een permanente beroepenbeurs in te richten waar jongeren bij de overgang van basis- naar secundair onderwijs kennis kunnen maken met verschillende beroepen en opleidingen. Het jaar nadien wordt Het Beroepenhuis een zelfstandige vzw en organiseert in afwachting van een vast onderkomen, allerlei activiteiten in de geest van het project. Een gebouw wordt gevonden in de Doornzelestraat en kan in 2005 de deuren openen voor de scholen. Het Beroepenhuis heeft vandaag elf ontdekhoeken en ontvangt 12.000 bezoekers per jaar.
Maar Mil Kooyman heeft wel meer met onderwijs. Begin 2004 wordt hij voorzitter van de Gentse scholengroep Panta Rhei, met ondermeer het Atheneum Voskenslaan. Hij is een begeesterd en begeesterend lector ‘syndicale vorming’ aan de Erasmushogeschool in Brussel en voorzitter van de commissie Onderwijs-Arbeidsmarkt bij de VLOR, maar evenzeer, tot op het eind, begeleider van jeugdkampen in het buitengewoon onderwijs.

Terug naar de UGent

Mil Kooyman keert terug naar zijn Alma Mater in 1992 als lid van de Raad van Bestuur en blijft dit tot 30 september 2014. Hij is één van de bij decreet voorziene vertegenwoordigers van de werknemers. Stilzitten is hier ook niet aan de man besteed. Gedurende de laatste tien jaar van zijn mandaat in de Raad van Bestuur zetelt hij in het Bestuurscollege en is hij actief in het Onderwijskwaliteitsbureau (van 2015 tot eind 2019) en het Auditcomité (van 2011 tot zijn overlijden), twee thema’s –onderwijskwaliteit en bestuurstransparantie- die hem nauw aan het hart liggen. Een ander thema dat hem zeer bezighoudt is duurzaamheid. Wanneer de klimaattop van Kopenhagen in 2009 mislukt, komt wereldwijd in scholen en universiteiten de klimaatcampagne 10:10 op gang, waarbij men voorop stelt om in 2010 10% minder CO2 uit te stoten. Ook aan de UGent. Vanuit het universiteitsbestuur komt de opdracht om een langetermijnvisie op duurzaamheid te ontwikkelen. Mil aarzelt niet om zich samen met Academisch beheerder Koen Goethals in de kerngroep te engageren. Het duurzaamheidsproject krijgt later de naam Transitie UGent, waarin Mil Kooyman actief is van de opstart eind september 2012 tot zijn overlijden.

Stenen verleggen in de rivier

In veel traditionele ‘In Memoriams’ wordt op het eind een opsomming gemaakt van de onderscheidingen en prijzen die de overledene te beurt vielen, wat niet altijd met de merites overeenkomt. Voor Mil is het passender om hier even stil te staan bij een aantal intiatieven waar hij zijn schouders onder zette en die nog steeds het verschil maken: voorzitter van Pulse Transitienetwerk, een expertisenetwerk voor duurzaamheid in de culturele sector, jeugdsector en mediasector; bestuurder van De Sloep vzw, een open en laagdrempelig huis voor ouders met jonge kinderen uit een aantal Gentse kwetsbare wijken waar via ervarings- en procesgericht groepswerk opvoedingsondersteuning wordt geboden aan gezinnen van diverse afkomst; en tenslotte Hart boven Hard, een burgerbeweging die mensen verenigt die geloven in solidariteit, duurzaamheid en inclusiviteit.

 

Frank Cotman
Vakgroep Geschiedenis UGent
1 oktober 2020

Hoe verwijs je naar dit artikel?
Cotman, Frank. “Kooyman, Mil (1949-2020).” UGentMemorie. Laatst gewijzigd 23.12.2020. http://www.ugentmemorie.be/personen/kooyman-mil-1949-2020

 

BIBLIOGRAFIE

Met dank aan Sara Kooyman voor het interview op 11 september 2020 en voor de teksten van de uitvaartplechtigheid.
Met dank aan Paul Teerlinck en Dirk van Haelter voor de bijkomende inlichtingen.
Gita Deneckere, Uit de ivoren toren. 200 jaar universiteit Gent, Tijdsbeeld, Gent, 2017.
Bastiaan Fonteyn, Activist Mil (71) vocht hele leven tegen sociaal onrecht maar verloor strijd tegen kanker, Het Nieuwsblad, 4/7/2020.
Stad Gent, website geraadpleegd op 11/7/2020, Overlijden Mil Kooyman, partner van het eerste uur van Gsiw, 3/7/2020.
Sabine Van Damme, Vakbondsman en allemansvriend Mil Kooyman op 71-jarige leeftijd overleden, Het Laatste Nieuws, 3/7/2020.

Type persoon: 
Deel deze pagina: