1892 Hoger Onderwijs v/h Volk

De Gentse liberale hoogleraren Julius Mac Leod, Paul Fredericq, Jozef Vercoullie en Maurits Basse stichten in 1892 Hoger Onderwijs voor het Volk (HOV). Via openbare cursussen wil HOV wetenschap verspreiden onder het volk, analoog aan de Engelse ‘University Extensions’. HOV zal als de volkshogeschool van de UGent met wisselend succes publieke lessenreeksen blijven organiseren tot in 1972. In 1976 krijgt het een vervanger in de vorm van de Wetenschappelijke Nascholing.

University Extensions

HOV is een uitbreiding en institutionalisering van het initiatief van Mac Leod en zijn assistent Gustave Staes vier jaar eerder om een lessenreeks plantkunde aan te bieden aan de Gentenaars. HOV wordt opgericht naar het voorbeeld van de University Extensions in Groot Britannië. Na HOV in Gent volgen er nog negen andere 'hogeschooluitbreidingen' die elk cursussen en voordrachten over wetenschap aanbieden aan het volk. Ze zijn duidelijk ideologisch geïnspireerd. Het initiatief in Gent en ook in Brussel is liberaal en vrijzinnig, Luik en Antwerpen kent confessionele initiatieven. De Belgische hogeschooluitbreidingen zijn niet officieel ingebed in de universiteiten hoewel die wel lokalen en soms toelagen ter beschikking. De lesgevers zijn haast allen professoren en (oud-)studenten. 

Cultuurflamingantisme

Belangrijk is dat de openbare cursussen worden gedoceerd in het Nederlands. In een tijd dat sceptici beweren dat wetenschapsbeoefening in het Nederlands niet mogelijk is, is HOV een belangrijk instrument in de Vlaamse taal- en cultuurstrijd. In verschillende initiatieven omtrent de vervlaamsing van het onderwijs en de wetenschap speelt de bioloog en flamingant Mac Leod een cruciale rol. Hij behoort samen met Lodewijk De Raet tot een nieuwe generatie flaminganten die de taalkwestie vanuit een sociale en economische invalshoek benadert. Volgens de ‘cultuurflaminganten’ speelt de taaldiscriminatie een bepalende rol in de intellectuele én economische achterstand van de Vlamingen en kan een eigen culturele elite de motor zijn voor de Vlaamse emancipatiestrijd. De beweging ligt aan de basis van de strijd om de vernederlandsing van de universiteit.

Waar zijn de arbeiders?

Op een congres van de hogeschooluitbreidingen in Gent in 1913 constateren de deelnemers dat de idealen ten spijt, ze er er niet in slagen de arbeidersklasse te bereiken. Het publiek bestaat uit leerlingen en leerkrachten uit het middelbaar onderwijs, mensen met een vrij beroep en middenstanders. De hogeschooluitbreidingen slagen er niet in hun burgerlijkheid los te laten. Op het congres wordt geopperd dat er misschien meer behoefte is aan een lagere schooluitbreiding. HOV zal als de volkshogeschool van de UGent lessenreeksen blijven organiseren tot in 1972. In 1976 krijgt het een vervanger in de vorm van de Wetenschappelijke Nascholing.

Fien Danniau
Vakgroep Geschiedenis UGent

Wetenschappelijke nascholing

Literatuur

  • Henry Bossaert, Julius Mac Leod en de vervlaamsing, Gent, 1977, (Uit het verleden van de R.U.G., 4).

  • André Capiteyn, Gent in weelde herboren : wereldtentoonstelling 1913, Gent, 1988.

  • Karel De Clerck, ‘Hoger Onderwijs – Gent’, in: Reginald De Schryver e.a. (red.), Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging, Tielt, 1998, kl. 2279-2290.

  • Gita Deneckere, Nieuwe geschiedenis van België, 1878-1905’, in: Vincent Dujardin e.a. (red.), Nieuwe Geschiedenis van België, Vol.I, Tielt, 2005, pp. 447-664.

  • Gita Deneckere, ‘Gent’, in: Reginald De Schryver e.a. (red.), Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging, Tielt, 1998, kl. 1253-1269.

  • Maurice De Vroede, ‘Hogeschooluitbreidingen en volksuniversiteiten’, in: Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, 10, 1979(1-2), pp. 255-278.

  • Maria De Waele, ‘De strijd om de citadel. Frankrijk en de vernederlandsing van de Gentse universiteit, 1918-1930’, in: Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, 32, 2002(1-2), pp. 153-193.

  • Michel Dumoulin, ‘Het ontluiken van de twintigste eeuw, 1905-1918’, in: Vincent Dujardin e.a. (red.), Nieuwe Geschiedenis van België, Vol. II, Tielt, 2006, pp. 697-865.

  • Theo Luykx, Politieke geschiedenis van België van 1789 tot heden, Brussel, 1969.

  • Anne-Marie Simon-Vandermeersch en Elienne Langendries, ‘De vernederlandsing van de Gentse universiteit’, in: Guy Leemans e.a. (red.), Vlamingen komt in massa: de Vlaamse beweging als massabeweging, Gent, 1999, pp. 121-146.

  • Dirk Van Damme, Universiteit en volksontwikkeling: het ‘hooger onderwijs voor het volk’ aan de Gentse universiteit, 1892-1914, Gent, 1983, (Uit het verleden van de R.U.G., 14).

  • Roland Willemyns, Het verhaal van het Vlaams. De geschiedenis van het Nederlands in de Zuidelijke Nederlanden, Antwerpen, 2003.

Deel deze pagina: 

Herinneringen

Hendrik Heyman over de mislukking van de hogeschooluitbreidingen

" ... allen zullen wij t'akkoord zijn om te zeggen, niet waar, dat, al wroeten wij ons ook, met het gebruikte stelsel den de gevolgde methdode, de nagels van de vingeren om tot bevredigende uitslagen te komen, dat die uitslagen, bij het lager volk althans zeker, zeer mager zijn." (Hendrik Heyman, 'De taak der hoogeschooluitbreiding in het volksonderwijs', Congres voor hoogeschooluitbreiding ingericht door de de Algemeene Katholieke Vlaamsche Hoogeschooluitbreiding maandag en dinsdag 18-19 augustus 1913. Programma en verslagen, Gent, s.d., p. 39-40.)

Prayon van Zuylen

Het Fransch is niet alleen de éénige taal van de salons, van de groote wereld, van die kringen, welke op de burgerij en zelfs op het volk door de macht van het voorbeeld zoo krachtig werken; het is ook de taal, waarin de meesten hunne zaken behandelen, de algemeene omgangstaal van hen, die zich boven de laagste treden van de maatschappelijke ladder hebben verheven.

Prayon van Zuylen, in: Nederlandsch Museum, Serie 2, 2, 1885, p. 78.